De aanschaf van een Schnauzer

Schnauzers

 

 

De aanschaf van een Schnauzer

Twee zwarte oogjes en een vrolijk kwispelend staartje, wie valt daar nou niet als een blok voor?
Toch is de aanschaf van een Schnauzer een serieuze aangelegenheid en mag nooit een impulsaankoop zijn. Wanneer u zich afvraagt of een Schnauzer past in uw leven kunt hiervoor informeren bij onze pupbemiddeling, zie pup info / algemeen.
Waar moet men nu bij de aanschaf van een Schnauzer zoal aan denken?

Vóór de aanschaf:
Een Schnauzer geeft veel plezier en vriendschap. Het kan een leuk kameraadje voor u en/of de kinderen worden, er is altijd iemand blij als je thuiskomt, er bestaan diverse leuke (sportieve) cursussen voor mens en hond en het is maar al te vaak
bewezen dat een hond goed is voor de gezondheid van de mens.

Maar een Schnauzer kost ook veel tijd, geld en moeite:
• Een Schnauzer heeft behoefte aan aandacht en heeft meestal veel beweging nodig.
• Verder kost een Schnauzer gemiddeld zo’n 800 tot 1000 euro per jaar (mand, voerbak, halsband, riem, voer, kluifjes en koekjes, speeltjes, vlooien en ontworming middelen, entingen, vakantieopvang, hondenschool en eventueel een verzekering).
• Ook als het regent, moet de Schnauzer worden uitgelaten. Als de Schnauzer ziek is heeft hij verzorging nodig. Als men op vakantie gaat, moet er voor de Schnauzer opvang geregeld worden. Kortom: als men een Schnauzer aanschaft dan is men verantwoordelijk voor het dier. Een Schnauzer kan gemiddeld zo’n 12 jaar oud worden, bedenk of de hond dan nog steeds
leuk gevonden wordt.
• Bereid u goed voor. Een Schnauzer is een levend wezen waar u verantwoordelijk voor wordt. Lees en informeer van tevoren zoveel mogelijk bij de fokker over een goede verzorging.

De aanschaf:
Welke Schnauzer past het beste bij u?
Welke keuzes moeten er gemaakt worden?
• Wordt het een pup of een volwassen Schnauzer?
Een pup is vanaf het begin op te voeden zoals u het wilt, een pup heeft nog geen verleden en is nog onbevangen. Maar het opvoeden en zindelijk maken van een pup kost heel veel tijd. Een volwassen hond is al zindelijk en heeft meestal een basis opvoeding genoten.
Het kan een hond met een verleden zijn, die verkeerde dingen heeft aangeleerd of bang is voor bepaalde situaties.
• Wordt het een grote of kleine Schnauzer?
Bij ons ras weet men van te voren hoe de Schnauzer er ongeveer uit zal gaan zien en wat het karakter ongeveer inhoudt. Sommige eigenschappen kunnen zowel positief als negatief uitgelegd worden, bijvoorbeeld “eigenwijs” of “zelfstandig”. Daarnaast is er bij onze Schnauzers ook nog de keuze om voor verschillende grote aan variëteiten te kiezen. Dit is natuurlijk meer een keuze van u zelf, en hoe dit in de gezinssituatie past.
• Wordt het een reu of een teef?
Er bestaan veel beweringen over de voor- en nadelen van een reu of teef. Reuen zouden dominanter zijn, vaker weg lopen, moeilijk op te voeden en minder trouw zijn dan teven. Teven zouden aanhankelijker en verstandiger zijn, maar minder waaks. Alle beweringen
zijn niet waar of onwaar. In de eerste plaats blijft de keuze tussen een teef of een reu een persoonlijke.
Ieder ras en zelfs ieder individueel dier is weer anders en opvoeding speelt ook een hele belangrijke rol.
Over sterilisatie en castratie kunt u lezen in de rubriek gezelschapsdierenhonden.
• Waar halen we de hond vandaan?
Informeer bij onze pupbemiddeling waar er op dit moment nesten liggen of kijk bij geboorteberichten
Onze pupbemiddeling kan u wegwijs maken in ons fokkersbestand en u desgewenst adviseren.
• De moederhond moet aanwezig zijn.
• Bij een fokker is het logisch dat er een wachtlijst ontstaat of dat u wordt aangetekend.
• De pups moeten schoon, warm en tochtvrij zitten.
Vertrouw het niet als het nestje in een achteraf schuurtje zit, zo kunnen de pups nooit sociaal worden.
Angstige pups zijn een slecht teken. De pups moeten opgroeien in een omgeving die goed is voor het sociale gedrag. Dat wil zeggen veel contact met mensen, kinderen en huishoudelijke activiteiten. Ook de moeder moet een sociale hond zijn want zij geeft de pups de basis mee.
• De pups moeten levendig zijn, goed in de vacht zitten en een gezonde indruk maken. Vertrouw het niet als alle pups erg rustig zijn omdat ze volgens de fokker “net wakker” zijn.
De minimum leeftijd dat een pup bij de moeder weg mag is wettelijk 7 weken, 8 weken is normaal. Eerder weghalen gebeurt illegaal maar is erg slecht voor de pups. Let er op dat de pups alle noodzakelijke inentingen hebben gehad op het moment dat het met u meegaat. De eerste enting is in het algemeen gegeven op 6 weken leeftijd.
Tenslotte kunnen bovenstaande tips geen enkele garantie bieden. Uw Schnauzer kan ondanks het feit dat het bij een goede fokker gekocht is en een goede verzorging heeft toch nog ziek worden.

Na de aanschaf:
Gefeliciteerd met uw nieuwe aanwinst!
Wij hopen dat u veel plezier zult beleven aan uw nieuwe Schnauzer. Waar moet u nu nog op letten?
• Het is aan te raden om na een aantal dagen acclimatiseren de pup aan te bieden voor een
aankoopkeuring bij de dierenarts. Bij een pup is meestal nog een 2e en of een 3e basisvaccinatie noodzakelijk en krijgt u soms een puppypakketje met informatie mee.
• De hond moet vanaf het begin goed eten, normale ontlasting hebben en levendig zijn. Wanneer een hond niet wil eten, braakt en/of diarree heeft is het zeer belangrijk om direct contact op te nemen met ons.
• Meestal krijgt u voer mee van de fokker of vorige eigenaar. Wanneer u van voer wilt veranderen dient dit zeer geleidelijk te gebeuren.
• Wij raden iedereen aan om met de Schnauzer een cursus te volgen. Het is erg leuk en leerzaam om te doen en zo wordt er snel een band gevormd tussen hond en baas.

Gezondheid:
Steeds vaker lezen we berichten in de media over de slechte gezondheid van rashonden. Als rasvereniging en verantwoorde rashondenfokkers doen die verhalen vaak pijn want alles wordt heel ongenuanceerd over één kam geschoren.
Gelukkig is de gemiddelde Schnauzer nog steeds een hond met weinig problemen en is een leeftijd van 12+ geen uitzondering. Dat willen de Nederlandse Schnauzer Club (NSC) en haar aangesloten fokkers ook graag zo houden. Voorkomen is immers beter dan genezen!
Er zijn verschillende oorzaken waarom een hond ziek kan worden. Denk bijvoorbeeld aan een slechte kwaliteit voeding, het oplopen van een virus of bacteriële infectie, besmetting met parasieten, maar ook erfelijke aanleg kan een rol spelen. De laatste jaren is er veel vooruitgang geboekt bij de ontwikkeling van genetische testen om erfelijke ziektes te kunnen voorkomen.
Hoewel er geen grote gezondheidsproblemen zijn, zijn er wel bepaalde ziektes die binnen onze rassen voorkomen. Ouderdieren moeten daarom, voordat een nest gefokt mag worden, verplicht getest worden op een aantal erfelijke aandoeningen en andere testen worden sterk geadviseerd. Met lijders mag niet gefokt worden en dragers mogen alleen ingezet worden in combinatie met een vrij ouderdier. Hiermee is met zekerheid te zeggen dat pups de ziekte niet kunnen ontwikkelen. Elders op onze website vindt u meer informatie over de betreffende ziektes.
Vraag dus altijd naar de gezondheidsonderzoeken als u een pup wil aanschaffen, ook als u een pup koopt bij een fokker die niet bij de NSC is aangesloten. Een serieuze fokker zal nooit willen besparen op de gezondheid van uw nieuwe vriend.